De referentie-inname is een wettelijk vastgelegde richtwaarde voor een gebalanceerd voedingspatroon. Het geeft aan hoeveel energie, voedingsstoffen, vitamines en mineralen een gemiddelde volwassene per dag nodig heeft of wat maximaal past binnen een gezond voedingspatroon.
Voorop verpakkingen staat vaak een icoon dat laat zien hoeveel procent van de referentie-inname voor energie, vet, verzadigd vet, suikers en zout in het product zitten. Het icoon laat zien hoeveel 1 portie bijdraagt aan de referentie-inname. Het is vooral informerend bedoeld en is geen leidraad van hoeveel je zou moeten eten.
De term referentie-inname heeft de aanduiding GDA (Guideline Daily Amount) of Dagelijkse Voedingsrichtlijn vervangen.
Omschrijving
Voorop
de verpakking zie je vaak een icoon dat laat zien hoeveel 1 portie van het
betreffende voedingsmiddel bijdraagt aan de dagelijkse hoeveelheid energie
(kcal) of voedingsstoffen. Dit icoon kunnen fabrikanten vrijwillig op het etiket zetten.
Zo zie je hoeveel je binnenkrijgt in verhouding tot wat je per dag nodig hebt of
wat maximaal nog past binnen een gezond voedingspatroon. Voor energie staat
naast de bijdrage per portie ook de hoeveelheid kilojoule (kJ) en calorieën (kcal) per 100 gram of 100
milliliter weergegeven.
Bepalen van de waarden
Het percentage dat in het icoon staat, wordt berekend op basis van richtwaarden voor een gebalanceerd voedingspatroon. Deze richtwaarden zijn vastgelegd in de wetgeving als referentie-innames.
De volgende dagelijkse referentie-innames zijn vastgelegd voor volwassenen.
- Energie: 8400 kJ/2000 kcal
- Totale vetten: 70 gram
- Verzadigde vetzuren: 20 gram
- Koolhydraten: 260 gram
- Suikers: 90 gram
*Dit zijn ook van nature aanwezige suikers in bijvoorbeeld fruit, groente, zuivel
- Eiwitten: 50 gram
- Zout: 6 gram
Ook voor vitamines en mineralen zijn dagelijkse referentie-innames vastgelegd. Dat staat bekend als de
aanbevolen dagelijkse hoeveelheid.
Hoe lees je het icoon?
Door de afbeelding kunnen ook misverstanden ontstaan. Bij zout en verzadigd vet geeft de referentie-inname aan wat maximaal past binnen een gezond voedingspatroon. Het is namelijk niet nodig dat je de 100% haalt.
Bij het bepalen van de referentie-innames wordt uitgegaan van een gemiddeld volwassen persoon. Er wordt geen rekening gehouden met leeftijd, geslacht of hoe actief iemand in het dagelijkse leven is. Zo kan iemand die veel sport meer energie nodig hebben dan de referentie-inname.
De afbeelding is dus vooral informerend bedoeld en is geen leidraad van hoeveel je moet eten.
Bij het lezen van het icoon moet ook gelet worden op de portiegrootte. Deze bepaalt de fabrikant zelf en komt niet altijd overeen met de praktijk. Een halve literfles frisdrank bestaat bijvoorbeeld uit 2 porties. De fabrikant berekent de hoeveelheid suiker voor 1 portie en zet dat op het etiket. De meeste mensen drinken zo’n flesje in één keer leeg, terwijl ze niet weten dat het eigenlijk 2 porties zijn. Je krijgt dan wel 2 keer zoveel suiker binnen als het gehalte dat voor 250 milliliter op het etiket staat.
Producten vergelijken
Als je producten onderling wilt vergelijken kun je dit het beste doen per 100 gram of 100 milliliter. Je kunt daarvoor dus beter niet het icoon gebruiken, maar de voedingswaarde-informatie op het etiket lezen.
GDA
De term referentie-inname heeft de aanduiding de GDA (Guideline Daily Amount) of Dagelijkse Voedingsrichtlijn vervangen.