Voedingscentrum.nl maakt gebruik van cookies. Waarom? Lees onze uitleg.
Menu
Zoek

10 gouden regels voor zorgverleners

Voor het begeleiden van borstvoeding door ziekenhuizen en kraamzorginstellingen hebben de World Health Organisation (WHO) en Unicef 10 gouden regels opgesteld (het Baby Friendly Hospital Initiative).
Deze regels zijn:
  1. zij een borstvoedingbeleid op papier hebben dat standaard bekend wordt gemaakt aan alle betrokken medewerkers
  2. alle betrokken medewerkers de vaardigheden aanleren die noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van het beleid
  3. alle zwangere vrouwen worden voorgelicht over de voordelen en de praktijk van borstvoeding geven
  4. moeders binnen een uur na de geboorte worden geholpen met borstvoeding geven
  5. aan vrouwen wordt uitgelegd hoe zij hun baby moeten aanleggen en hoe zij de melkproductie in stand kunnen houden, zelfs als de baby van de moeder moet worden gescheiden
  6. pasgeborenen geen andere voeding dan borstvoeding krijgen, noch extra vocht, tenzij op medische indicatie
  7. moeder en kind dag en nacht bij elkaar op één kamer mogen blijven
  8. borstvoeding-op-verzoek wordt nagestreefd
  9. pasgeborenen die borstvoeding krijgen geen speen of fopspeen wordt gegeven
  10. borstvoedingbegeleidingsgroepen kunnen worden gevormd en dat vrouwen bij het beëindigen van de zorg naar deze groepen worden verwezen. 

Voor de periode na de kraamtijd gelden de ‘7 stappen voor ondersteuning van de borstvoeding in de Jeugdgezondheidszorg’ (consultatiebureaus). Deze stappen zijn deels gelijk aan bovenstaande regels en beogen verder goede begeleiding zodat vrouwen hun kind blijven voeden zolang ze willen. Ook is het doel dat vrouwen wordt uitgelegd dat het kind tot de leeftijd van 6 maanden voedingskundig gezien geen andere voeding nodig heeft dan moedermelk en dat de borstvoeding, gecombineerd met vaste voedingsmiddelen, daarna kan doorgaan zolang moeder en kind dat wensen.